Allergeen immunotherapie voor huisstofmijt, boompollen en graspollen
Gepubliceerd: 8 jun 2025Astma is een chronische luchtwegziekte waarbij we ter optimalisatie van de behandeling kijken naar verschillende karakteristieken/fenotypes. Een allergisch fenotype betekent dat een patiƫnt overgevoelig reageert op prikkels zoals huisstofmijt, graspollen, boompollen, katten- en hondenroos. Er is een relatie tussen allergische klachten van de bovenste luchtwegen en stabiliteit van het onderliggend astma/de onderste luchtwegen. Daarom is het belangrijk deze allergieƫn goed te behandelen om zo ook het onderliggend astma stabiel te houden.
Allergische rhinitis
Bij allergische rhinitis is er een chronische ontsteking van het slijmvlies in de neus/bovenste luchtwegen waarbij er diverse klachten kunnen ontstaan zoals neusverstopping, neusloop en/of jeuk. Deze klachten ontstaan als een patiënt specifieke inhalatieallergenen inademt. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij huisstofmijt, graspollen en/of boompollen overgevoeligheid. De standaardbehandeling bestaat uit het vermijden van het specifieke allergeen samen met lokale behandeling van het neusslijmvlies met corticosteroïd neusspray (eventueel in combinatie met een lokaal antihistaminicum) gecombineerd met tabletten antihistaminicum. Als deze behandeling niet voldoende effect heeft kan er gedacht worden aan immunotherapie om de klachten te verminderen
Allergenen immunotherapie
Er zijn 2 varianten immunotherapie beschikbaar voor graspollen, boompollen en huisstofmijt: subcutane immunotherapie (SCIT) en sublinguale immunotherapie (SLIT). Bij SLIT is het van belang dat de patiƫnt elke dag trouw zijn tabletten inneemt en gezien deze toedieningsvorm zijn er vaak minder bijwerkingen. Bij SCIT is de behandeling meer belastend voor de patiƫnt omdat de injecties in het ziekenhuis gezet moeten worden en de injecties maken de kans op bijwerkingen groter ten opzichte van de tabletvorm.
Als er meerdere allergieƫn tegelijk behandeld worden dan is er bij SLIT de mogelijkheid om maximaal 2 allergenen tegelijk te behandelen. Bij SCIT is 2 en eventueel 3 allergenen tegelijk behandelen een optie. Voor een goed langetermijneffect is het advies minimaal 3 jaar te behandelen.
Ernstig astma
Als iemand niet goed gecontroleerd astma of terugkerende astma-aanvallen heeft dan is het belangrijk eerst het onderliggend astma, voor zover dat gaat, te stabiliseren voordat er een allergenen immunotherapie behandeling gestart wordt. Start van een allergenen immunotherapie behandeling tijdens een instabiel astma zal in de meeste gevallen een verslechtering van het onderliggend astma veroorzaken en in sommige gevallen zelfs een acute astma-aanval uitlokken. Bespreek dus altijd met je behandelaar of deze behandeling voor jou mogelijk is.
Door: Stephanie van Loon-Kooij is longarts in het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft
Referentie: Richtlijn immunotherapie voor patiƫnten met allergische rhinoconjunctivitis (AR) met of zonder astma, SKMS 2021